donderdag 23 september 2010

Jarig in San Carlos

Afgelopen dinsdag was ik jarig en ik zat er al een tijdje over na te denken hoe en waar ik dat hier zou kunnen vieren. Alleen met wat vrienden en kennissen thuis of met een wat groter gezelschap en dan op een plek waar ook gedanst zou kunnen worden? In het laatste geval zou ik ook mijn nieuwe collega’s van de gemeente – een stuk of 50 personen – kunnen uitnodigen en dat leek me ook wel aardig. Bovendien wilde ik zelf graag een dansfeest..
Zo gezegd, zo gedaan, en na wat adviezen en onderhandelen hier en daar wordt geregeld dat het feestje gaat plaatsvinden van 8.00 tot 12.00 uur ’s avonds in één van de inmiddels twee lokale disco’s van San Carlos. Er is muziek, ventilatie en hapjes en ik maak tickets voor de toegang en consumptiebonnen. Op de avond zelf regent het en ik ben nerveus: zou er wel iemand komen?
Maar dat valt enorm mee: de een na de ander komt opdagen, fleurig uitgedost en met cadeautasje met inhoud. De cadeautjes variëren van sieraden, geurtjes, sjaals en kledingstukken tot een fles tequila en Nicaraguaanse souvenirs. En er wordt gedanst! In ieder geval veel door mij en uiteindelijk komt bijna iedereen wel een keer de dansvloer op. Foto’s worden genomen door een behulpzame collega die tot ‘hoffotograaf’ wordt gepromoveerd. Aan het eind van de avond word ik toegezongen door een heel gezelschap dat in een kring om me heen staat op de dansvloer terwijl ik word rondgezwierd door de ene na de andere mannelijke collega. Rond een uur of één word ik op de motor thuisgebracht – in amazonezit achterop in mijn rode jurkje – door de broer van een vriendin met een grote doos met daarin alle cadeau’s.
De volgende dag op het werk blijkt dat mijn collega’s erg enthousiast zijn over het feest. Ze vonden het gezellig met elkaar, hadden al heel lang niet meer gedanst, hebben daardoor nu spierpijn maar werden vrolijk zingend wakker Iedereen wil de foto’s zien en/of hebben en misschien heb ik wel per ongeluk een trend gezet: er gaan geruchten dat er een commissie gevormd gaat worden die bijvoorbeeld eens per maand zo’n soort feestje gaat organiseren, waaraan iedereen dan meebetaalt. Ik ben benieuwd wat dat gaat opleveren..

maandag 20 september 2010

Feestweek in San Carlos

Het is zo'n vijf dagen lang feest geweest in San Carlos en dat hebben we geweten! De herdenking van de onafhankelijkheidsdag op 14 september (1821) is de belangrijkste nationale feestdag van Nicaragua, die elk jaar met veel vlagvertoon wordt gevierd. Op die dag marcheren alle leerlingen van alle scholen in uniform naar het stadscentrum, waar dan nog allerlei activiteiten zijn, zoals een prijsuitreiking voor de beste leerlingen van elk schoolljaar. In het hele land zijn de scholen de rest van de week vrij en ook wordt er een aantal dagen niet gewerkt door een groot deel van de bevolking. In San Carlos duren de festiviteiten extra lang, want er is nog een internationale viswedstrijd die al voor de 50e keer wordt georganiseerd, er is een toeristische rallycross, er zijn allerlei missverkiezingen, met dit jaar voor het eerst een zogenaamde 'miss gay"-verkiezing, een noviteit in heel Nicaragua. De hele boulevard aan het meer is één groot terras met veel attracties en ambulante verkoop van ijsjes en allerhande etenswaren en het is er erg druk: vanuit de hele gemeente zijn de mensen hierheen gekomen.

Voor mij betekenen de feestdagen dat ik onverwachts een aantal dagen vrij heb; aan de andere kant maakt het meemaken, observeren en verslag uitbrengen van de feestdagen ook weer deel uit van mijn werk. In ieder geval is mijn ritme deze week het complete tegenovergestelde van dat van vorige week. In plaats van 's ochtends vroeg hardlopen op het vliegveld is het nu tot 's avonds laat dansen in de lokale discotheek, als alternatieve 'training'. San Carlos telt er inmiddels twee en op de laatste feestavond is er zelfs een live concert van de bekende Nicaraguaanse band Makoya. De hele boulevard is de dansvloer en er is meer frisse lucht dan in de discotheken.

de beste leerling draagt de vlag van Nicaragua
Na vier tot vijf dagen feesten is de rust redelijk wedergekeerd. Iedereen is uitgeteld en platzak - er wordt zelfs gezegd dat er eettentjes aan de boulevard zijn die hun handel hebben stopgezet tot het eind van de maand, omdat er toch haast geen klanten komen en ze het eten dan kunnen weggooien. Op naar de volgende feestdagen..

zaterdag 11 september 2010

Week 1 in San Carlos

De San Juanrivier vanaf het fort in El Castillo
Week 1 in San Carlos: zweten, werken, op pad en.. sporten!


Mijn eerste week in Nicaragua zit er op! Het is weer even wennen en mijn werk moet nog (meer) vorm krijgen, maar er begint langzaamaan wat lijn in te komen.

Vorige week woensdag, op 1 september, ben ik rond half drie ‘safe and sound’ geland op het vliegveld van San Carlos. De landingsbaan is tegenwoordig ‘verhard’ (steenslag) en wordt ’s ochtends vroeg ook gebruikt als hardloopcircuit. Tegenwoordig is er nog maar één (middag)vlucht per dag naar San Carlos in plaats van twee, dus bang dat je plotseling weg moet duiken hoef je niet te zijn. Het is toch altijd weer even spannend, een vlucht in zo’n klein vliegtuigje (een Cessna met één propellor) voor 12 passagiers en twee piloten. Met niet al te bewolkt weer heb je wel een prachtig uitzicht als je vanuit Managua over het Meer van Nicaragua naar Groningens’ zusterstad vliegt: omdat het vliegtuigje niet al te hoog vliegt, zie je verschillende vulkanen en eilandengroepen liggen en bij aankomst San Carlos en de San Juanrivier vanuit de lucht.

Op het vliegveld werd ik opgewacht door een ontvangstcomité van drie vertegenwoordigers van de gemeente en reden we naar de plek waar ik voorlopig ga wonen. Het is een soort doorgangshuis voor vrijwilligers van een lokale stichting dat drie slaapkamers telt met een gemeenschappelijke woonkamer, keuken, badkamer en wc. Achter het huis is een’patio’met gelegenheid om af te wassen, kleding te wassen en op te hangen. Het is vrij basic allemaal, maar het nodige is er. Het huis staat in een vrij rustige, doodlopende straat op zo’n vijf minuten lopen van het gemeentehuis. Er wordt door de gemeente gezocht naar een ‘eigen’ huis voor mij, maar voorlopig zit ik daar prima.

Donderdag was mijn eerste echte ‘werkdag’ op het gemeentehuis. Er is een (open) kantoortje met een bureau en twee stoelen voor me vrijgemaakt; het eerste wat voor me werd uitgepakt en geïnstalleerd was een superventilator - met afstandsbediening! Geen overbodige luxe, want zelfs met de ventilator continu op je gericht is het nog steeds behoorlijk zweten geblazen. Het weer is drukkend warm en er valt dagelijks meer of minder regen. Dit weertype duurt nog tot ongeveer eind oktober/begin november, als de droge periode begint. Gister kwam er overdag zwaar onweer over, waarna de stroom uitviel tot ergens in de vroege ochtend. Op het gemeentehuis maakt men gebruik van een generator, waardoor er toch kan worden doorgewerkt. Maar als je dan om een uur of half zeven naar huis wilt gaan – zoals ik gisteravond – dan besef je pas dat het buiten ook al stikdonker is en vraag je je af hoe je thuis komt zonder zaklamp. Gelukkig was er een vriendelijke medewerker van de gemeente die me naar huis heeft begeleid, nadat ik kaarsen had gekocht voor thuis.

Vroeg uit bed en vroeg naar bed is het devies, want het openbare leven begint hier als het licht wordt en dat is tussen vijf en zes uur ’s ochtends. De scholen beginnen om zeven uur ’s ochtends en bij de gemeente beginnen de meeste ambtenaren om acht uur. Tussen twaalf en half twee gaan de meeste mensen naar huis om te lunchen (een warme maaltijd) en ’s middags stopt men om half zes. Op zaterdagochtend wordt er ook gewerkt, van acht tot twaalf uur. Vandaag heb ik net via een collega geregeld dat ik elke werkdag een warme lunch bestel bij een kraampje hier vlakbij, waar het eten goed is en niet duur. Dan hoef ik niet naar huis om te koken en heb ik de belangrijkste maaltijd binnen; ontbijt en avondeten kan dan thuis.

Vrijdagochtend heb ik van half zes tot half zeven (!) voor het eerst gesport in een fitnessruimte vlakbij waar ik woon. Het is bij een mevrouw thuis in een ruimte achter haar huis en alleen voor vrouwen bestemd – alhoewel er ook een blinde man regelmatig komt trainen. De toestellen zijn hier en daar wat gammel en afgestemd op de gemiddelde lengte van de mensen hier (en dus soms wat krap voor mij), maar doña Jacqueline (die vroeger aan kogelstoten heeft gedaan) begeleidt de klanten goed en is ervaren. Ook afgelopen maandag- en dinsdagochtend heb ik daar getraind; morgenochtend ga ik van vijf tot zes een poging wagen om ook eens te gaan hardlopen op de landingsbaan van het vliegveld met een collega van de gemeente..

Afgelopen donderdag was de eerste bespreking over mijn werkzaamheden hier voor de gemeente met de burgemeester en degene die verantwoordelijk was voor de internationale contacten tot nog toe. De burgemeester, Jhonny Gutierrez, wil vooral de ‘slapende contacten’ met partnersteden nieuw leven inblazen en waar mogelijk ook nieuwe partnerschappen aangaan. Ook wil men een communicatiestrategie ontwikkelen om meer bekendheid te geven aan het werk van de gemeente onder de bevolking van San Carlos en de informatieuitwisseling met de zustersteden te bevorderen. Van mijn kant heb ik de meest dringende zaken naar voren gebracht die in de komende weken gedaan moeten worden voor projecten van de stedenband Groningen-San Carlos. Zo komen eind oktober de eerste studenten geneeskunde deze kant op om gedurende twee maanden stage te lopen bij het ziekenhuis (co-schappen sociale geneeskunde). Er moet onderdak voor hen worden gezocht bij gastfamilies, bij het ziekenhuis moet een begeleider worden gezocht en er moeten afspraken worden gemaakt over de afdelingen waar ze kunnen gaan werken. Ze zullen in ieder geval ook vast enige tijd gaan meelopen op een gezondheidspost ergens in één van de ‘buitengebieden’ van de gemeente San Carlos.

In het doorgangshuis waar ik woon, was tot vanochtend ook een studente antropologie uit Managua ondergebracht. Ze heet Dulce Maria en is bezig met een stage waarbij ze onderzoek doet naar de organisatiegraad van jongeren in drie gemeenten in deze regio. Voor mij is het gezellig dat er in mijn eerste week hier nog iemand ‘in huis’ is, en Dulce is een erg prettige huisgenote. Nog leuker was, dat haar moeder, haar zus en diens vriend donderdag vanuit Managua langs komen om haar hier op te zoeken, dat ze het weekend op pad gaan om de streek te leren kennen en dat ze mij vragen of ik zin heb om met hen mee te gaan! Ik twijfel niet lang en grijp de gelegenheid aan. Zodoende vaar ik vrijdagmiddag om half vier in een erg afgeladen ‘busboot’ de San Juan-rivier af, twee uur lang in de richting van de Atlantische Oceaan. Hier en daar stappen mensen uit ‘in the middle of nowhere’ en gaan te voet op weg richting de grens met Costa Rica: het zijn - meest illegale – immigranten die in het buurland aan de slag proberen te komen. Er is daar meer en beter betaald werk dan aan deze kant. In het dorpje Boca de Sabalo – aan de Sabalorivier, een zijrivier van de San Juan - overnachten we in een eenvoudig pension. Zaterdagochtend trekken we het binnenland in met als reisdoel het dorpje Buena Vista – een uur lang opgevouwen zitten achterin een soort jeeptaxi, 18 kilometer over een slechte weg - , op zoek naar doña Elida, een mevrouw die zelf chocola maakt met cacaobonen van eigen teelt. Iedereen heeft meegeholpen om de chocola te maken en het vormde uiteindelijk zo’n beetje onze lunch, samen met een maiskolf en nog een guayave als toetje.

Om weer terug te komen naar Boca de Sabalo wachten we een uurtje of twee op de taxi, ondertussen het dorpsleven van Buena Vista observerend en pratend. Ook nu weer opgevouwen achterin de jeep en we hebben ook nog even een lekke band-intermezzo onderweg. Zondagochtend nemen we om tien uur weer de boot verder richting de Atlantische kust, naar El Castillo (Het Kasteel of Fort), een erg bekende toeristische trekpleister in Nicaragua. Het is een fort (met een dorpje eromheen dat dezelfde naam draagt) dat door de Spanjaarden in de 17e eeuw is gebouwd op een strategische plek aan de San Juan-rivier. Deze Río San Juan, met daarachter het meer van Nicaragua, vormde een belangrijke doorgangsroute van de Atlantische naar de Stille Oceaan. Het fort moest het achterland – vooral de rijkdommen van de koloniale stad Granada - verdedigen tegen invallen van vijandige piraten, met name de Engelsen. In 1780 veroverde de beroemde Engelse kapitein Nelson het fort en waren de Engelsen een tijdlang de baas in dit deel van Nicaragua. Voordat Panama in beeld kwam als kandidaat voor een doorgangskanaal, was dit dè aangewezen route – de waterweg lag er immers al bijna van kust tot kust - en er zijn tot in het begin van de twintigste eeuw vergevorderde plannen ontwikkeld in die richting, onder andere door de Fransen. Het is een indrukwekkende historische plek met prachtige vergezichten over de rivier richting de Atlantische kust, waar op een paar uur varen San Juan del Norte lokt, het vroegere Greytown waar op een verlaten kerkhof veel Engelse zeelieden begraven liggen. In 2001 ben ik hier voor het laatst geweest en de plek is enorm verbeterd, omdat er een klein museumgebouwtje bij is gebouwd dat veel informatie levert over de historie van deze plek. Ook krijgt de bezoeker brochures, ook al zijn die op het moment alleen in het Spaans beschikbaar.

Na de lunch in El Castillo nemen we om twee uur de boot terug naar San Carlos genomen. Om vijf uur komen we daar in de haven aan. Voor mij is het een erg leuk en leerzaam en weekend geweest: leuk om met deze familie op te trekken, die mij als vanzelfsprekend uitnodigt om hen te vergezellen en me behandelt als een lid van de familie. Leerzaam om meer te zien van de streek rondom San Carlos en vooral ook om te praten met Dulce en haar familie, die me veel nuttige informatie verschaffen over de gang van zaken rond allerlei onderwerpen in Nicaragua. Via hen heb ik ook weer veel mensen leren kennen, iets wat altijd weer van pas kan komen.

Kortom: ik vind dat ik het slechter had kunnen treffen gedurende mijn eerste week in Nicaragua, ook al is er vandaag de hele dag ineens geen internet, regent en onweert het nu zo hard dat ik voorlopig waarschijnlijk niet naar huis kan, is er geen gratis koffie te verkrijgen op het gemeentehuis, geen wc-papier aanwezig op de toiletten en was er vandaag ook geen water, valt waarschijnlijk zometeen de stroom weer uit voor wie weet hoe lang en is het hier om te stikken zo warm. Maar dat zijn allemaal dingen die er vanzelfsprekend bij horen..



Ineke de Groot

San Carlos, 7 septiembre 2010

woensdag 1 september 2010

in Managua

Hallo iedereen,

Inmiddels ben ik gearriveerd in Managua, de hoofdstad van Nicaragua. Van alle dingen die ik van plan was te gaan doen in het vliegtuig is weinig terechtgekomen: ik was kapot! Dus fijn wat films gekeken en wat zitten dommelen, ook al komt van slapen meestal niet veel. Ik vloog met de KLM via Panama en had weinig overstaptijd, maar het is gelukt.

Bij aankomst in Managua regende het al net zo hard als de afgelopen dagen in Nederland. Gelukkig werd ik opgewacht door Ninoska, een Nicaraguaanse vriendin van me. Nog even gepraat in het hotel en daarna voor het eerst sinds tijden weer eens acht uur achter elkaar geslapen.

Vanmiddag vlieg ik door naar San Carlos in een klein vliegtuigje van La Costeña, de Nicaraguaanse maatschappij. Ik ben benieuwd hoe het er voor staat in San Carlos, wie me op zal halen en of er al iets is geregeld qua huisvesting..

Nogmaals iedereen bedankt die me de afgelopen tijd heeft geholpen met alle voorbereidingen van mijn reis: zonder jullie was het niet gelukt om mijn flat zo netjes schoon en leeg achter te laten voor de onderhuurders uit Isfahan/Iran, die ergens half september daar hun intrek hopen te nemen!

Groeten, Ineke